Een gelukkige vrijwilliger telt voor twee
Door Lennart Pilon | 14 september
Wat is belangrijker dan vrijwilligers werven? Juist: zorgen dat ze bij je blijven. Vier tips om dat beter voor elkaar te krijgen.
1. Luister naar je vrijwilligers
Hou in de gaten hoe het met je vrijwilligers gaat. Bel ze bijvoorbeeld twee keer per jaar op om te vragen hoe het gaat, en om te vragen wat ze van het vrijwilligerswerk en de organisatie vinden. Willen ze zich meer of minder inzetten, of wellicht in een andere rol? Probeer het los te koppelen van een dienst, en laat weten dat je gaat bellen: dat geeft je vrijwilliger wat tijd om er over na te denken.
2. Wees flexibel
Soms lukt het een vrijwilliger een tijdje niet om alle diensten te werken. Bijvoorbeeld door een nieuwe baan, een verhuizing of bruiloft. Allemaal dingen die gebeuren en tijd kosten. Stel je flexibel op door aan te bieden dat een vrijwilliger een paar maanden wat minder werkt. Voordelen: je vrijwilliger hoeft niet te stoppen, kan met een goed gevoel minder werken, en jij weet waar je aan toe bent.
3. Maak ruimte voor ontwikkeling
Sommige vrijwilligers willen na een bepaalde tijd wel eens wat anders dan hun ‘gewone’ diensten. Kijk eens in je organisatie, of je daar ruimte voor kan bieden. Bijvoorbeeld meehelpen met het werven en inwerken van nieuwe vrijwilligers, ontwikkeling van beleid, noem maar op. Je geeft op die manier ruimte voor ontwikkeling, en de binding met je vrijwilliger wordt sterker.
4. Luister naar je vrijwilligers
Deze tip krijg je twee keer. De kern van het binden van vrijwilligers is namelijk luisteren, luisteren en luisteren. Waar komen je vrijwilligers voor? Wat willen ze graag doen? En waarom? Waar worden ze gelukkig van? En hoe ziet de rest van hun leven er uit, als ze niet met hun vrijwilligerswerk bezig zijn? Oprechte interesse zorgt voor oprechte binding.